De Regeling Cultuurkaart kan wel weg volgens de nieuwe regering. Dat betekent dat vanaf schooljaar 2012-2013 een docent nauwelijks nog mogelijkheden heeft om het cultuuronderwijs goed vorm te geven. Het verplichte vak CKV en de daarbij behorende verplichte activiteiten blijven wel. Vraag is hoe deze activiteiten betaald moeten worden.
Heeft de politiek wel een goed beeld over de rol die de Cultuurkaart bij cultuuronderwijs speelt? CJP wil net voor de begrotingsbehandeling van 13 december een petitie aangebieden om de Regeling Cultuurkaart te behouden. Bent u het er ook niet mee eens dat de Cultuurkaart mogelijk afgeschaft wordt? Ondersteun dan de petitie met uw persoonlijke verhaal. Stuur voor 26 november hier een mail waarin u in uw eigen woorden uitlegt waarom de Cultuurkaart moet blijven.
Er is opnieuw een nieuwe workshop opgenomen in ons aanbod: Graffiti. Als kunstvorm blijft graffiti een lastige positie innemen. Graffiti en vandalisme zijn soms namelijk hetzelfde. Uw leerlingen worden niet aangemoedigd de school en het lokale openbaar vervoer te bekladden. Er wordt een plek beschikbaar gemaakt en de workshop richt zich verder op het design en de techniek.
De workshop wordt gegeven door ervaren mannen die rekening houden met de stoerheid, maar ook met de veiligheid. Iedereen die meedoet moet verplicht een kapje op en een jasje aan.
Leerlingen kunnen zich vanaf deze maand inschrijven voor de Kunst-competitie van het Car Art festival. Als groep of als individu is deelname mogelijk. De teams van maximaal 5 personen worden uitgedaagd een kunstwerk te bedenken voor de tentoonstelling van het festival. Als eindproduct leveren zij een schaalmodel in, een motivatie, plan van aanpak en een begroting. Een vakjury beoordeeld de projecten en kiest de beste uit die gerealiseerd gaat worden. Alle andere schaalmodellen en ontwerpen worden tentoongesteld bij de komende editie van Car Art. Deelname is gratis.
Het Car Art festival is een kunst- en techniek festival dat draait om kunst in en om auto's. Beeldend kunstenaars uit binnen- en buitenland vervaardigen vaak speciaal voor het festival een kunstwerk. Dit jaar is voor het eerst de samenwerking ontstaan tussen Kunstleer en het festival. Verwacht wordt dat examenkandidaten het thema aangrijpen voor een werkstuk, maar ook is het goed mogelijk dat het een onderdeel zal vormen van Kunst en Techniek projecten.
Op 4 november is de website www.nederlandschreeuwtomcultuur.nl gelanceerd. Op deze website zijn alle activiteiten te vinden die op 20 november door het hele land plaatsvinden in het kader van de publieksactie Nederland schreeuwt om cultuur. Musea, orkesten, theaters, gezelschappen, muziekscholen, bibliotheken én hun publiek laten zich die dag horen. Daarnaast kan op de website een petitie worden ondertekend. Ook kan een poster geprint worden om aandacht voor de actie te vragen.
Bij het supersteken wordt een link gelegd tussen pixel-art en de traditionele borduurkunst. De kleine helden uit bekende spelletjes zijn als je dichtbij kijkt op het computerscherm allemaal opgebouwd uit kleine pixels, net als borduursteken. Een ontwerp wordt gemaakt gebaseerd op je favoriete superheld of computerfiguurtje.
Bij het Grotius College is eind september 2009 de pilot afgerond van Klassestrijd. Bij Klassestrijd draait het om het winnen van de beker. Samenwerking en creativiteit zijn hiervoor de belangrijkste vereisten. Klassestrijd is nu als middagprogramma gerealiseerd, maar in de toekomst zal het een dagprogramma vormen compleet met een spetterend intro, de wedstrijd, een muzikaal intermezzo, een juryrapport en de prijsuitreiking.
De onderdelen bestonden uit suiker-grafitti, verhaal doorvertellen, een schilderij, een fotoreeks, een klasselied en buttons maken. Nu de pilot zo veelbelovend is afgerond zullen er nieuwe programma-onderdelen ontwikkeld worden.
Klassestrijd zal vanaf december dit jaar op iedere school in de randstad kunnen draaien mits er een aula met een licht- en geluidinstallatie beschikbaar is.
Een nieuwe workshop is vanaf nu beschikbaar voor stuntmannen en stuntvrouwen: toneelvechten. Gevechten op het podium of voor de camera veroorzaken zelden een blauw oog of botbreuk en dat is een kunst. Voor het publiek moet het er realistisch en agressief uit zien. In werkelijkheid is ieder gevecht in de film een goed voorbereide choreografie. het lijkt wel een dans.
De docent zelf heeft les gehad van de vecht-choreograaf van James Bond. Niet de minste.
Kunstleer ontwikkelt nieuwe culturele activiteiten speciaal voor Maatschappelijke stagiair(e)s. Niet op iedere school leeft het al. Toch duurt het niet lang meer. Vanaf schooljaar 11/12 zijn een of meerdere maatschappelijke stages verplicht voor elke leerling. Het primaire doel is jongeren tijdens hun schooltijd kennis te laten maken met de samenleving en daar een onbetaalde bijdrage aan te leveren.
Scholen hebben veel ruimte om stages op hun manier te regelen en om criteria vast te stellen voor wat een ‘geschikte’ stageplaats is. Het is van belang wat de leerling als zinvol ervaart, maar ook wat de school zinvol vindt.
Nu is het niet de bedoeling van Kunstleer leerlingen ver te houden van liefdadigheidswerk en terug de schoolbanken in te sturen. Het is nu juist de bedoeling een manier te bieden creativiteit in te zetten in de maatschappij. Een aantal nieuwe projecten worden nu voorbereid die als maatschappelijke stage kunnen dienen, maar die evengoed passen binnen een onderwijsprogramma van een beeldend vak of CKV. Bij deze creatief maatschappelijke stages worden leerlingen begeleid bij het gehele project.
Rob is een jongleur en heeft afgelopen zomer voor het eerst zijn kunsten vertoond voor de klas. De leerlingen deden mee aan de door hen gekozen workshop.
Q: Hoe ben je jongleur geworden?
A: Het jongleren heb ik in Delft geleerd bij een stichting: Stichting Variatie in Variété. Daar leerde je elkaar de nieuwste trucs. De groep kwam bij elkaar en samen gingen we festivals af in Nederland en in Europa. Ik ben zelfs eens met de stichting in St Louis geweest. Die festivals zijn gezellig, maar daar leer je vooral ook het jongleren en weer de nieuwste truuks. Er komen zoveel mensen op af dat je altijd wel iemand vinden kan die je iets nieuws wil en kan leren.
Met deze groep heb ik ook vaak opgetreden. We kregen regelmatig aanvragen van scholen of van een braderie. Dan zochten we een paar mensen bij elkaar en improviseerden we een optreden bij elkaar. Ik weet dat de stichting nog steeds bestaat, maar er jongleren nu vooral kinderen en niet meer zoals vroeger jongeren en studenten.
Q: Heb je een specialisme?
A: Ik houd mij vooral bezig met ballen en kegels. Maar waar ik daarnaast veel plezier in heb is het eenwielrijden. Daar heb ik nog wel eens tochten mee gemaakt door de Veluwe.
Q: Hoe was het om een workshop te geven op de middelbare school?
A: Ik vond het knap lastig. Eerder heb ik wel workshops en lessen gegeven in het jongleren, maar altijd aan groepen die al iets konden op dat gebied. Dit was de eerste keer dat ik met beginners werkte. En dan moest er in dit geval ook nog een eindpresentatie op de planken komen voor het hele leerjaar. De basis gaat vrij snel. En in het begin van de les was de concentratie ook nog goed, maar de workshop duurde twee uur en ik merkte dat zowel de leerlingen als ik niet genoeg geconcentreerd bleven naar het einde toe. Ook was het moeilijk de leerlingen naast het jongleren, dat stapje verder te laten maken voor de voorstelling. Dat had vooral te maken met zelfvertrouwen. Ze zijn niet van zichzelf overtuigd dat ze iets kunnen neerzetten wat de moeite waard is om te laten zien terwijl je met hele simpele dingen al iets leuks kan neerzetten. Ik heb mogelijkheden aangedragen en op een gegeven moment kwamen er leerlingen zelf op het idee om presentator te zijn van het geheel en droegen zo op een eigen manier bij aan de voorstelling. Dat was ook goed.
Q: Wat zou je volgende keer anders doen?
A: Over de eerste helft was ik best tevreden. Toen had iedereen ook nog de aandacht erbij. De tweede helft was lastiger. Toen merkte ik dat ik nog wat te kort kwam. Ik zou dat kunnen oplossen met meer structuur. En volgende keer neem ik een mannetje extra mee.
Q: Waar zat je zelf op school en deden ze daar ook aan jongleren?
A: Ik zat op school in Goes. We hebben nooit aan jongleren gedaan daar. Eigenlijk gebeurde daar nooit zo veel op het gebied van cultuur, behalve het schooltoneel. Al heb ik later gehoord dat Herman Brood nog eens bij ons is langsgeweest. Maar dat is totaal langs mij heen gegaan.
Het onderwijs is de oudste bedrijfstak in Nederland. Dat wil zeggen de gemiddelde leeftijd van de werkenden in het onderwijs is in 2007 vastgesteld op 43,4 jaar. Het gemiddelde in Nederland is 39,8. Van de werkenden in het onderwijs bleek meer dan de helft ouder dan 45 jaar. Bij de totale beroepsbevolking is maar 37 procent boven die leeftijd. Vooral mannen in het onderwijs zijn relatief oud. 61 procent van de mannen in het onderwijs is de 45 gepasseerd.
Deze cijfers en meer kun je vinden op het webmagazine van het CBS.
"De details bekijk ik wel online," hoor je zo nu en dan. Er bestaat een idee dat alles wat mondeling gecommuniceerd wordt of ergens op papier staat ook een digitale back-up heeft online. Iedereen heeft een website. Ieder winkeltje, iedere stichting, ieder product, iedereen. Een initiatief bouwt voordat er nog maar een stap is gezet eerst een website.
Op internet is een boel te vinden, maar niet alles. Zo kon tot voor kort de workshopfolder die wij hebben uitsluitend persoonlijk worden toegestuurd. Geen backup, eventueel een extra papieren uitdraai, maar dat was het wel.
Hoe plezierig, nostalgisch zo'n ouderwetse vorm van communiceren ook aandoet. Je kunt niet anders dan vaststellen dat het wel gemakkelijk zou zijn, zo'n site, vooral als ondersteuning voor onze huigige relaties, die hier indirect langdurig op hebben aangedrongen. Toch maar doen dan.
Deze website moet meer worden dan een opsomming van cultureel onderwijsaanbod. Het moet de uitstraling en inhoud hebben van een magazine. Je kunt hier ideetjes opdoen, op de hoogte blijven van nieuwe ontwikkelingen en zo nu en dan wordt er een interview geplaatst met iemand uit de branche. Vandaar ook rechts bovenin de tekst: tweede editie, eerste jaargang. De inhoud van de site zal per editie wisselen. Oudere artikelen zullen te vinden zijn in een apart gedeelte: het archief.
We hopen u vaker te mogen verwelkomen als bezoeker van Kunstleer.